(zich) weren weerde, heeft geweerd
1. braniti se
○ Hij heeft zich flink geweerd. Branil se je z vsemi močmi.
2. preprečiti dostop; pregnati, odgnati; izogniti se
○ Jongeren onder de achttien jaar worden uit dit café geweerd. Mlajšim od osemnajst let je vstop v ta lokal prepovedan.
○ om misverstand te weren da bi se izognili nesporazumu